Charles Stross legt uit waarom hij, ondanks dat hij zelf een schrijver van het genre is, weinig Science Fiction meer leest. Het komt er eigenlijk op neer dat hij overtuigd is dat een plausibele wereld bouwen waarin de karakters acteren noodzakelijk is.

Worldbuilding is like underwear: it needs to be there, but it shouldn’t be on display, unless you’re performing burlesque. Worldbuilding is the scaffolding that supports the costume to which our attention is directed. Without worldbuilding, the galactic emperor has no underpants to wear with his new suit, and runs the risk of leaving skidmarks on his story.

En dat is precies waar huidige schrijvers volgens hem steken laten vallen.

Simply put, plausible world-building in the twenty-first century is incredibly hard work. (One synonym for “plausible” in this sense is “internally consistent”.) A lot of authors seem to have responded to this by jetisoning consistency and abandoning any pretense at plausibility: it’s just too hard, and they want to focus on the characters or the exciting plot elements and get to the explosions without bothering to nerdishly wonder if the explosives are survivable by their protagonists at this particular range. To a generation raised on movie and TV special effects, plausible internal consistency is generally less of a priority than spectacle.

Lees vooral het hele artikel van Stross.

Voedsel voor de gedachten. Zeker in het licht van een verhaal met een sci-fi insteek waar ik nog mee bezig.

Reacties

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.